Bungee!
Hoi allemaal!
Zoals ik aan het eind van mijn vorige blog schreef stond er een tripje naar Barabise op het programma vanuit de organisatie. Barabise is een klein dorpje ten noorden van Kathmandu, richting de Tibetaanse grens. We vertrokken ‘s ochtends vroeg met de bus, en omdat het lekker weer was konden we 's middags lekker op het dak zitten. Erg gaaf was dat. Lekker de wind door je haren, prachtig uitzicht, en een beetje spannend is het soms ook wel natuurlijk. In Barabise hebben we een mooie wandeltocht gemaakt door de heuvels en de werkplek bezocht van de vrijwilligers die daar zaten. De volgende dag zijn we nog een stuk verder omhoog gereden naar een mooi resort. ‘The last resort' heette het, wat wel een beetje ironisch was aangezien we de volgende dag zouden gaan bungeejumpen. Het heet zo omdat het een van de laatste plekken is tot de Tibetaanse grens. Het was heel mooi daar. En het weer was prachtig, echt relaxen dus. 's Avonds hadden we dan de evaluatie van de eerste helft van onze vrijwilligersperiode. Het was wel fijn om even uitgebreid ervaringen uit te wisselen met elkaar en met de organisatie. Ook kom je dan wel weer op nieuwe ideetjes voor je lesjes enzo.
De derde dag was het dus zover. We stonden om half zeven op, om vervolgens zonder ontbijt te voet op pad te gaan naar de Bungee. Na anderhalf uur kwam hij in zicht. Op een plek waar het dal heel smal en steil wordt, zie je in de verte door de mist een enorme hangbrug verschijnen. 185 meter hoog, om precies te zijn. De op één na hoogste bungeejump ter wereld. Eenmaal in het bijbehorende resort aangekomen moesten we een papiertje invullen met wat gegevens, op een weegschaal gaan staan, betalen, en dat was het dan. Met een stuk of 10 mensen gingen we de brug op. Omdat het van zwaar naar licht ging was ik vrij snel aan de beurt. Gek genoeg kon ik me niet heel erg zenuwachtig maken vantevoren. Maar op het moment dat je wordt geroepen en gereed wordt gemaakt beginnen er toch wel wat kriebels op te komen. Je voeten worden aan elkaar gebonden, daar wordt je gewicht mee opgevangen. Als zekering krijg je nog een tuigje om. Vervolgens moet je schuifelend richting de ‘duikplank', want je voeten zitten natuurlijk aan elkaar. Als je dan echt de diepte in kijkt en de beek onder in het dal ziet stromen is het wel even schrikken. Niet eens echt de hoogte, maar het idee dat je op een gegeven moment moet gaan springen! Vervolgens tellen ze voor je af, en dan doe je het maar gewoon. Verder kan ik niet uitleggen hoe het voelt, ik zou zeggen, probeer het zelf eens. Wanneer je uitgestuiterd bent, wordt je met een lange bamboestok opzij getrokken en losgemaakt, waarna je weer omhoog mag lopen. Kicken hoor. Het voelt wel echt machtig om het gedaan te hebben. Op de terugweg zaten we allemaal met een grote grijns op ons gezicht op de bus. (de mensen die gesprongen hadden dan)
Het belangrijkste wat ik op de evaluatie heb opgedaan was misschien wel dat we eigenlijk gewoon zoveel mogenlijk leuke dingen moesten doen met de kinderen. Doordat de examens er aan zitten te komen hadden we toch iets te veel het gevoel gekregen dat we verplicht waren om altijd netjes via het boek te werken en alles heel strak te houden. Maar dat is natuurlijk precies wat de leraren zelf ook zouden kunnen. We zijn dus iets speelser te werk gegaan en meer leuke dingen gaan doen, wat voor ons fijner is, maar de kinderen leren er onbewust nog wel meer van dan van de ‘normale' lessen. We gestopt met het geven van population, health en accounting, daarbij hadden we het gevoel dat we gewoon geen meerwaarde hadden ten opzichte van de Nepalese leraren. Bovendien was het sowieso eigenlijk niet de bedoeling dat we die vakken zouden geven. We hebben ons dus meer gefocust op het engels, en op leuke dingen doen met de kinderen. Op ons eerste bezoekje aan de school had ik al direct gezien dat er ergens drie gitaren in een hok stonden. Uit één van de drie kwam nog geluid, maar de andere twee hadden duidelijk een flinke onderhoudsbeurt nodig. In de week voor Barabise heb ik eens voorzichtig gevraagd of het goed was als ik er een ‘ter reparatie' mee zou nemen. Daar hadden ze natuurlijk niks op tegen. Er zat zo'n dikke laag stof op dat je handen er al zwart van werden als je ernaar keek. Maargoed, ik heb hem helemaal mooi schoongemaakt, nieuwe snaren en wat onderdeeltjes gekocht voor een habbekrats, en het is weer een muziekinstrument. Als voorwaarde had ik gevraagd of we hem dan even mochten lenen voor in het appartement. Wat heerlijk is het om weer af en toe wat te kunnen pingelen, of 's avonds gezellig met z'n allen liedjes te kunnen zingen op het balkon. Maar op school zijn we uiteraard ook met muziek aan de slag gegaan. Bijna dagelijks doen we wel een muzieklesje met een klas. Dan zoeken we een liedje uit wat een beetje te doen is voor ze; voor klas vijf bijvoorbeeld iets simpeler dan voor klas zeven, en die leren we ze dan in een lesuur. Ze hebben er enorm veel plezier mee, en wij natuurlijk minstens zo veel. Voor hun engelse uitspraak is het natuurlijk een hele goede en leuke oefening. Sommige zinnetjes vinden ze heel lastig, maar omdat ze het liedje heel graag goed willen kunnen zingen doen ze enorm hun best om het goed uit te spreken. Het deed me echt denken aan de tijd op het Boni dat ik Marga hielp met de bandjesprojecten in de brugklas. De liedjes die we uitzoeken voor ze kennen ze helemaal niet, de Beatles zegt de gemiddelde Nepalees ook helemaal niets. Daarom is het dan ook heel grappig (en schattig) als je in door het schooltje loopt en hoort iemand ineens ‘Yellow Submarine' zingen.
We proberen ook veel creatieve dingen met ze uit. Ze zelf verhaaltjes laten verzinnen of afmaken. Brieven schrijven (voor valentijnsdag). In het begin merkten we dat ze daar enorm veel moeite mee hadden, om zelf iets te bedenken en op papier te zetten. Ze blijven je maar roepen en vragen wat ze dan allemaal op moeten schrijven tot je uiteindelijk maar letterlijk iets gaat dicteren. Maar na veel aanhouden komen ze dan toch ineens zelf met leuke dingen. Ze zijn gewoon zo bang om iets fout te doen dat ze niet zelf iets durven te verzinnen. Maar als je ze maar genoeg blijft aanmoedigen blijken ze het best te kunnen. En als ze dan merken dat ze de opdrachtjes eigenlijk niet fout kunnen doen, en dat alles wat ze maar opschrijven goed is, komen ze ineens trots hun schriftjes laten zien.
Vorige week zijn Karel en Anna, de ouders van Luca, ons komen opzoeken. Eerst hebben we in Kathmandu het een en ander bezichtigd, en we hebben een bezoek gebracht aan ons schooltje. Daarna zijn we met ze naar Sanku en Bhaktapur geweest. Sanku is een klein dorpje ten oosten van Kathmandu waar het belangrijkste project van Cross Borders zit. Hamro Gaun (nepalees voor ons dorp), ook wel de eco village genoemd, bestaat uit een weeshuis, een dagopvang en een women training centre. Het bijzondere ervan is dat het nauwlijks afval produceert, en alles heel milieubewust gebeurt. Er wordt gekookt op zonneenergie, elektriciteit opgewekt met en kleine hydropower en zonnecellen, al het afvalwater wordt op ingenieuze wijze gefilterd en hergebruikt, van het residu wordt vervolgens weer biogas gemaakt, waarop ook weer gekookt kan worden. Al het voedsel verbouwen ze daar zelf biologisch, en het ziet er allemaal prachtig uit. Bhaktapur is een klein stadje ten oosten van Kathmandu met veel mooie tempels. Je moet als buitenlander wel betalen om de stad in te komen maar daar staat tegenover dat het er schoon en netjes is. Alles wordt mooi onderhouden, dat is bij veel tempels in kathmandu niet het geval. Het was gek, maar wel heel leuk om ze hier een beetje rond te leiden en te vertellen wat wij in de afgelopen maanden allemaal te weten zijn gekomen. Het weekend erna hebben we ze weer uitgezwaaid op het vliegveld. Het was een gezellig weekje.
Op 2 maart was er een groot festival in Kathmandu. Shivaratri. Op deze dag vereren de Hindu's de god Shiva. In totaal kwamen er een miljoen!! bezoekers voor naar de stad. Het religieuse gedeelte van het festival vond plaats in een grote tempel (pashupati), maar daar omheen was ook vanalles te zien. De zogenaamde Sadhus, zijn ‘devotees' van Shiva; jongens en mannen die hun leven aan de god Shiva hebben toegewijd. Daarvoor moeten een offer brengen aan hun god. Dat kan op allerlei verschillende manieren die ver uiteen lopen. Sommige sadhus mogen niet meer zitten, sommige Sadhus staan alleen nog maar op 1 been, sommigen mogen niet meer slapen, sommigen eten niet meer en drinken alleen maar melk. Op die manier bereiken ze dan de verlichting. Vaak is dit dan voor een periode van twaalf jaar, dus er zijn ook Sadhus die de verlichting al hebben bereikt en niet heel veel meer doen dan mediteren. Sommigen houden het echter de rest van hun leven vol. De Sadhus wonen allemaal rond de tempels en krijgen eten en drinken indien ze dat willen. Het is allemaal best vreemd om te zien. Als ze de stad in komen en vragen om eten of drinken krijgen ze dat, zonder ervoor te betalen. Op Shivaratri krijgen ze van de overheid enorme hoeveelheden wiet en zijn ze dus allemaal knetterstoned. Dat zien ze ook als een soort offer aan hun god. Bizar leventje dus, als Sadhu. Wel indrukwekkend om mee te maken, zo'n groot festival.
Tot zover de verhalen voor deze keer, ik zal snel proberen ook nog wat fotootjes te uploaden!
Liefs,
Rens
Reacties
Reacties
je bent wel een grote HELD.....
ik ken de sensatie van een luchtballon...
maar een vrije val..... daar begin ik niet meer aan.
groetjes uit Best van Tei en Marij(ke)
Mooi verhaal Rens. Jammer dat we dat Hindufestival hebben gemist, lijkt me een lust voor het oog! Hoe gaat het verder met je camera? Heb je al een nieuw kaartje gekocht? Ik ben benieuwd naar je foto's. Groeten, a n n a
Rensiepensie! Wat een mooi verhaal en wat een mooie tijd moeten jullie daar beleven zeg! Het klinkt ook als heel bijzonder werk wat jullie daar verrichten.
Heel veel plezier nog straks in Thailand en ik kan niet wachten om al die verhalen uit je mond te horen komen als je weer thuis bent!
Grtz,
Simon
kijk, dat doen we hier fout. We moeten sadhus kweken en wiet uitdelen, geen honger geen daklozen, geen misdaad! Jochie, wat een lekkere ervaringen allemaal. Ik ben zachies jaloers, maar hier gaat t ook lekker worden. Ga je leraar worden? Je vader is ook zo'n goeie, kan ned. gebruiken!
kus annette
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}